Het priesterschap is een Mysterie dat iemand ontvangt door middel van een wijding. Om die reden staat dit mysterie ook bekend als de Priesterwijding. De priester die dit mysterie ontvangt, draagt een verantwoordelijkheid en gaat voor bij de overige mysteries van de Kerk. Hij staat in dienst van de kerk en de gelovigen op de weg van de verlossing.
Wanneer is dit mysterie ingesteld?
We lezen in de Bijbel dat Jezus dit mysterie heeft ingesteld toen Hij twaalf apostelen uitkoos, nadat Hij daarvoor de hele nacht in gebed had doorgebracht (Lukas 6: 12-13). In Mattheus 18:18 lezen wij dat de apostelen bepaalde privileges ontvingen, die anderen niet ontvingen: “Voorwaar, Ik zeg u: Alles wat u op de aarde bindt, zal in de hemel gebonden zijn; en alles wat u op de aarde ontbindt, zal in de hemel ontbonden zijn.”
Kenmerken en rangen van het priesterschap
De handoplegging en de gebeden van de wijding zijn twee belangrijke en zichtbare tekenen binnen het priesterschap (zie bijvoorbeeld 1 Timotheüs 4:14, 2 Timotheüs 1:16 en Handelingen 6:6 en 14:23). Verder noemt de Bijbel drie rangen of graden, namelijk:
- de diaken (ܡܫܡܫܢܐ, mšamšono);
- de priester (ܩܫܝܫܐ, qašišo) en;
- de bisschop (ܐܦܣܩܘܦܐ, efisqufo).
Elk van deze heeft zijn eigen functie binnen de gemeenschap en de Kerk. Binnen deze rangen zijn er verschillende ordes.
Diaken
Het woord diaken is afgeleid uit het Griekse diakonos (in het Syrisch ܡܫܡܫܢܐ, mšamšono) en betekent letterlijk “dienaar”. De diaken is de directe assistent van de priester en de voornaamste taak van de diaken is dan ook om de priester en de bisschop te ondersteunen bij onder andere het uitreiken van de communie. Daarnaast houdt hij de orde tijdens diensten, roept op tot gebed, onderwijst en leest verschillende stukken voor uit de Bijbel.
Handelingen 6 vertelt hoe het aantal discipelen steeds toenam en er gemor ontstond tussen Griekssprekenden en de Hebreeën over hulp aan de weduwen. De apostelen wezen zeven diakenen aan om hiervoor zorg te dragen. De apostelen konden zich hierdoor richten op gebed en verkondiging van het Woord van God. De eerste diakenen waren Stefanus, Filippus, Prochorus, Nicanor, Timon, Parmenas en Nicolaüs (Handelingen 6:5). In de Bijbel lezen we voorwaarden waar diakenen aan moeten voldoen:
“De diakenen moeten evenzo eerbaar zijn, niet met twee monden spreken, niet verzot zijn op veel wijn, niet uit zijn op oneerlijke winst en het geheimenis van het geloof vasthouden in een zuiver geweten. (..) De diakenen moeten mannen van één vrouw zijn, geen kwaadsprekers, beheert, trouw in alles.”
1 Timotheüs 3:8-9,12
Naast een liturgische functie in de Kerk, heeft een diaken ook een maatschappelijke functie, zoals het zorgen voor armen en zieken. Bij afwezigheid van een priester, mag de diaken voorgaan in kerkelijke en publiekelijke gebeden, met uitzondering van op het geven van de liturgische zegen en het toedienen van de mysteries.
Het diaconaat bestaat uit de volgende rangen (van laag naar hoog): zanger, lezer, subdiaken, diaken en aartsdiaken. Zangers, lezers en subdiakens zijn dus geen diakenen, maar ondersteunen de diaken. Wijding tot diaken is pas mogelijk als iemand de rangen zanger, lezer en subdiaken heeft doorlopen en hij moet minimaal 20 jaar oud zijn. De wijding tot diaken geschiedt altijd via de bisschop.
Diakones
Binnen de Syrisch-orthodoxe Kerk kennen we ook de rang van de diakones (in het Syrisch ܡܫܡܫܢܝܬܐ, mšamšonitho), een rol die ook ten tijde van de apostelen al bestond:
“En ik beveel u Febe, onze zuster, aan, die een dienares [diakones] is van de gemeente die in Kenchreeën is.”
Romeinen 16:1
De diakones mag bij afwezigheid van de priester en/of diaken assisteren bij het uitreiken van de communie aan vrouwen en kinderen en ook andere liturgische taken uitvoeren, zoals onderwijzen en stukken voorlezen uit de Bijbel. De diakones mag tevens vrouwelijke catechumenen dopen en zalven. Net als de diaken heeft ook de diakones naast een liturgische functie ook een van maatschappelijke aard. De rol van diakones is tegenwoordig toebedeeld aan de vrouw van de priester, die – mits zij gewijd is – bath qyomo (dochter van het Verbond) wordt genoemd.
Priester
Het woord priester is via het Latijnse presbyter afgeleid uit het Griekse presbyteros en betekent letterlijk “oude” of “ouderling”. De Syrische vertaling van het woord priester is ܩܫܝܫܐ, qašišo), wat eveneens ouderling betekent.
Handelingen 11:30 noemt de priesters als de leiders en vertegenwoordigers van de gemeente in Jeruzalem. Zij waren tevens belast met bepaalde taken, zoals het zalven van de zieken, prediking en onderricht. Ook de apostelen zelf behoorden tot het priesterschap:
- “De ouderlingen onder u roep ik ertoe, als medeouderling..” 1 Petrus 5:1;
- “De ouderling aan de uitverkoren vrouw en aan haar kinderen..” 2 Johannes 1:1;
- “De ouderling aan de geliefde Gajus, die ik in waarheid liefheb.” 3 Johannes 1:1.
Moderne Bijbelvertalingen gebruiken veelal de letterlijke vertaling “ouderlingen” om priesters aan te duiden, in plaats van het woord “priesters”. Wanneer er echter gesproken wordt over ouderlingen, dan gaat het in die context dus om priesters. In de brief aan Titus lezen we dat priesters werden aangesteld en dat ze aan hoge eisen moesten voldoen:
“Om die reden heb ik u op Kreta achtergelaten, opdat u verder in orde zou brengen wat nog ontbrak, en van stad tot stad ouderlingen [= priesters] zou aanstellen, zoals ik u opgedragen heb. Zo iemand moet onberispelijk zijn, de man van één vrouw, gelovige kinderen hebben, die niet te beschuldigen zijn van losbandigheid of opstandigheid.”
Titus 1:5-6
Binnen de Orthodoxe Kerk kent men binnen de rang van priester in feite twee ordes. Enerzijds zijn er de gehuwde priesters en anderzijds is er de monnikenorde. Priesters (qašiše) mogen binnen de Kerk gehuwd zijn, maar dat huwelijk moet vóór de priesterwijding hebben plaatsgevonden. Wordt een priester weduwnaar, dan mag de priester niet hertrouwen. Priesters die een bepaalde leeftijd hebben bereikt, kunnen tevens gewijd worden tot aartspriester (ܟܘܪܐܦܣܩܘܦܐ, Khorepiskopos, of Khori).
Priesters mogen de Mysteries, zoals de doop, de communie en het huwelijk aan de gelovigen toedienen. Het enige Mysterie dat een priester niet mag toedienen is het priesterschap zelf. Verder behartigt de priester de geestelijke zaken van de gelovigen. Om gewijd te worden tot priester, moet men minimaal 23 jaar oud zijn.
Bisschop
De bisschop is een van de kerkelijke herders en opvolger van de apostelen. Het woord bisschop is afgeleid uit het Griekse episkopos (in het Syrisch ܐܦܣܩܘܦܐ, efisqufo) en betekent letterlijk “opzichter”, of “toezichthouder”. In het Nieuwe Testament en in de geschriften van de Apostolische Vaders staat episkopos voor een specifieke functie binnen de christelijke gemeenschap.
Bisschoppen mogen alle kerkelijke Mysteries toedienen (bijvoorbeeld andere priesters of diakenen wijden) en plechtigheden vieren. Verder hebben zij de leiding over algemene zaken van de kerk en wijden de altaars en de olie dat men gebruikt bij de doop en de ziekenzalving.
Volgens Titus 1:7-9 moet een bisschop aan allerlei voorwaarden voldoen:
“Want een opziener moet onberispelijk zijn, als een beheerder van het huis van God, niet eigenzinnig, niet opvliegend, niet verslaafd aan wijn, niet vechtlustig, niet uit op oneerlijke winst, maar gastvrij, goedwillend, bezonnen, rechtvaardig, heilig, beheerst, iemand die zich houdt aan het betrouwbare woord, dat overeenkomstig de leer is, zodat hij bij machte is anderen te bemoedigen door het gezonde onderwijs en ook de tegensprekers te weerleggen.”
Titus 1:7-9
De patriarch draagt de bisschop voor, waarna parochianen van een vacant bisdom hem kunnen kiezen. Vervolgens volgt een benoeming na goedkeuring van de Heilige Synode. Om gewijd te kunnen worden tot bisschop, moet men minimaal 30 jaar oud zijn.
Mafriaan
Binnen de Syrisch-orthodoxe Kerk is er ook een bisschop die na de patriarch de tweede rang inneemt. Dit is de mafriaan (in het Syrisch: ܡܦܪܝܢܐ, mafiryono) en wordt ook wel katholikos genoemd. Het woord mafriaan betekent “hij die vruchtbaar maakt”. Historisch gezien heeft de mafriaan o.a. het recht om bisschoppen te wijden en aan te stellen en om het Heilig Myron te wijden. Wel moest hij de patriarch om toestemming vragen voor de verplaatsing van de bisschop naar een ander bisdom. Tegenwoordig wordt de functie vervult door het hoofd van de Malankara Jacobitisch Syrisch Christelijke Kerk in India. Deze Kerk in India valt onder het patriarchaat van de Syrisch-orthodoxe Kerk.
Patriarch
De patriarch is de hoogste bisschop binnen het episcopaat. Het woord patriarch is afgeleid uit het Griekse patriarchēs betekent “aartsvader” of “stamvader”. De patriarch wordt gekozen uit de bisschoppen en is de wettige opvolger van de apostel Petrus. Ook staat hij aan het hoofd van de Syrisch-orthodoxe Kerk. Hij is de verdediger van het geloof, doctrine en de Apostolische Tradities. Bij zijn benoeming ontvangt hij de volgende naam: “Zijne Heiligheid Moran Mor Ignatius”. De huidige patriarch is Zijne Heiligheid Moran Mor Ignatius Ephrem II en is Patriarch van Antiochië en het gehele Oosten.
Binnen onze zusterkerk, de Koptisch-Orthodoxe Kerk, wordt de patriarch Paus genoemd. Het woord paus is afgeleid uit het Griekse “papas” en betekent eveneens vader.
Verplichtingen van de geestelijkheid
In alle gevallen geldt dat diegenen die gekozen worden voor het priesterschap er zeker van zijn dat de roeping van God afkomstig is. Immers, staat er geschreven: “Niemand neemt die eer voor zichzelf, maar men wordt er door God toe geroepen, zoals Aäron.” (zie: Hebreeën 5:4). Ook moet diegene goed onderlegd zijn in de Bijbel en de leer van de Kerk.